Verloren gelopen
De lift stopt op de bovenste verdieping, waar ik woon. Een meisje van een jaar of vier is over en weer aan het lopen. Ken ik dat kind van ergens? Het kan geen kleinkind van mijn buren zijn, die ken ik. In een flatgebouw van veertien verdiepingen leven veel families. Teveel om iedereen te kennen. Het meisje zit er duidelijk mee verveeld dat ik haar zo aankijk. Hoe is ze hier gekomen? Terwijl ik de deur van mijn loft open, kijkt ze schuw en loopt in de richting van mijn buren. Zal ze dan toch? Alsof ik iets vergeten ben, sluit ik de deur en stap terug naar de lift. Op het laatste moment glipt ze tussen de sluitende deuren naast mij. Toen ik aankwam was er ook reeds feestgedruis via de liftkoker te horen. Nu klinkt dit nog iets feller. Moet het meisje daarheen? Ik druk een willekeurige verdieping. Terwijl de lift naar beneden gaat, wordt het lawaai luider en luider. Wanneer de deur opent, dreunen de bassen en zie ik een gang vol stoelen rond een lange gedekte tafel. Een br